Ieder Talent Telt op de Onderwijsdagen 2023: Duurzaamheid van het beroep docent
Op donderdag 23 maart organiseerde Ieder Talent Telt op de Onderwijsdagen een bijeenkomst over de duurzaamheid van het beroep docent. Hierin gingen de volgende mensen in twee rondes met elkaar in gesprek: Peter Kwint (Tweede Kamerlid), Josse Hoekstra (voormalig docent), Jelmer Evers (vicevoorzitter van AOB), Kelly Bolsenbroek (beleidsadviseur Onderwijs voor het CNV), Aly Smelt (Academiedirecteur HAN Educatie), Lobke Holland (docent ROC Nijmegen) en Timothy Stift (docent HAN). Hendrik-Jan Derksen leidde het gesprek buiten de gebaande paden.
De eerste ronde met Kelly, Josse, Aly en Peter ging over het lerarentekort en hoe het komt dat veel jonge docenten na korte tijd het onderwijs weer verlaten. De tweede met Jelmer, Timothy en Lobke ging over wat er nodig is om het vak docent weer aantrekkelijk te maken en de docent weer een centrale rol te geven in ons onderwijs.
In de gesprekken kwamen verschillende perspectieven naar voren, soms tegengesteld, vaker complementair. Er kwam heel wat aan bod. Hieronder is wat is besproken per ronde puntsgewijs samengevat.[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]
Ronde 1 met vlnr Hendrik-Jan, Kelly, Josse, Aly en Peter.
- Het lerarentekort speelt niet alleen in primair (PO) en voortgezet onderwijs (VO), maar ook in het mbo. Daar is het alleen minder zichtbaar.
- De duidelijke tekortsectoren zijn: zorg, techniek en educatie. Instroom studenten vanuit VO en mbo is niet voldoende om aan de vraag te voldoen. Hoe komen we aan mensen?
- Overstappen vanuit een branche/sector naar het onderwijs is wenselijk: deze mensen hebben relevante en recente kennis en ervaring. Deeltijdopleidingen faciliteren dit ook. Maar er zijn dynamieken die dit tegenwerken: banen in de sector zelf betalen beter, flexibele contracten zijn niet aantrekkelijk, overstappen brengt risico’s en onzekerheden, en het (terechte?) imago van het beroep docent werkt ook niet mee.
- Mensen binnenhouden is ook een uitdaging. Uit onderzoek van CNV blijkt dat leraren en docenten kampen met hoge werkdruk en laag werkplezier. Oudere werknemers stoppen eerder. Jongere werknemers, met bijv. huis- en kinderwens, vertrekken (wederom flexibele contracten) weer snel úit het onderwijs: waarom zou je loyaal zijn als werknemer als je werkgever dat niet naar jou is? De middengroep die blijft zit klem.
- Of de inzet van andere soort agogisch professionals helpt in het lerarentekort vraagt het panel zich af. Ja, met een andere samenstelling kun je waarschijnlijk ook de onderwijskwaliteit behalen, maar waar bekostig je dat van. En je kunt ook voor minder, maar betere lessen gaan.
- Als je docenten vraagt wat zij nodig hebben om met plezier te werken, is het antwoord: carrièreperspectief en salaris. En: vertrouwen in mijn autonomie.
- Docenten zijn ook zeker trots en hebben plezier in de klas. De maatschappij vraagt wel veel van onderwijs. Zowel het vak geven plús omgaan met alles wat er voor je neus komt in de klas, dat is nogal wat. Sommige docenten vinden het makkelijk om initiatieven op te pakken, andere moeilijker en zien beren op de weg die er mogelijk niet zijn.
- Het panel is er nog niet over uit of bestuur op afstand nu invloed heeft op hoe het er op school aan toegaat en wat het betekent voor de (autonomie van de) docent in de klas.
- Tips van het panel: ontmoet zoveel mogelijk beroeps- en vakgenoten, wees ondernemend in je vak, ken je rechten en plichten als docent. En ga in gesprek met je leidinggevende over kaders, in plaats van aannemen dat ze er zijn.
Ronde 2 met Jelmer, Lobke en Timothy
- Het werk van de docent is zwaarder geworden door de leerlingenpopulatie (maatschappelijke problemen komen de klas in, complexiteit), passend onderwijs en technologie.
- Randvoorwaarden moeten in orde zijn: autonomie, groepsgrootte, tijd om met kinderen te werken, jezelf te ontwikkelen. Dat is nu niet het geval en vraagt om grote interventies. ‘Maar als dit klopt’, zegt het panel unaniem, ‘is er weinig mooier dan leraarschap!’
- Ook hier komen onderwerpen als carrièreperspectief, autonomie, ontwikkeling en goed werkgeverschap weer aan de orde. Er zijn weinig mogelijkheden in het huidige systeem om beter te worden in het ambacht van lesgeven. En als dat er al is, dan is dat incidenteel per regio of gemeente, niet structureel.
- Als je niet weet of je flexibele contract wordt verlegd, pas je wel op om teveel buiten de lijntjes te kleuren en kritisch te zijn. Dat is in vele opzichten een gemiste kans.
- Jelmer pleit voor meer zeggenschap over beroep en opleiding, net als bij artsen.
- Over technologie is men niet zo te spreken. Het is geen echte oplossing voor het tekort en de werkdruk. Veel van wat je moet leren vraagt nu eenmaal menselijke interactie. Over hybride les zegt het panel ‘dat niemand dan echt het onderwijs krijgt dat je verdient’. Daarnaast speelt privacy: big tech komt te makkelijk binnen en we weten niet wat dat betekent, nu en in de toekomst. Vaak wordt er gezegd: ‘maar we moeten daarin mee’. Maar we zijn er zelf bij, we kunnen er ook keuzes in maken om het anders te doen.
- Als we dingen anders willen, moeten we ons organiseren. Landelijk is de vakbond daar een goede manier voor. Op schoolniveau gaat het dan om medezeggenschapsraden.
- Het panel benadrukt nogmaals unaniem: het is een prachtig beroep. Het is breed, uitdagend en krijgt directe feedback. Je hebt een voorbeeldfunctie, bent er op cruciale momenten (bij) en geeft jonge mensen altijd wel iets mee. Je bent trots als je hen meemaakt van binnenkomen tot weggaan en kunt zeggen: daar heb ik een bijdrage aan kunnen leveren. En vooral als ze dat ook nog een keer komen vertellen!
Het is duidelijk dat dit complexe vraagstukken zijn die je niet in een middagje samen op kan lossen, helaas. Maar het met elkaar bespreken vanuit verschillende invalshoeken maakt dat je steeds scherper krijgt waar het allemaal wringt. En waar al aangrijpingspunten zitten om het een stukje beter te maken. We gaan hier als Ieder Talent Telt natuurlijk verder mee door!